Merel Ek en Jort Kelder wijzen nieuwe premier alvast aan: "Jonger dan Mark Rutte"

Rob Jetten ligt volgens hen het meest voor de hand als nieuwe premier. Jort ziet dat zelfs als een pluspunt: nieuw elan, nieuw gezicht, en mocht het zover komen, jonger dan Mark Rutte bij diens aantreden.Volgens Merel en Jort past Jetten’s profiel bij de stemming van dit moment: bestuurlijk ervaring, mediahandig, en politiek lenig genoeg om meerderheden bij elkaar te praten. Of het numeriek kloppend te maken is, blijft natuurlijk afhankelijk van de eindstand en de formatie. Maar de twee zijn het in toon en richting eens: Jetten is een serieuze kanshebber, en misschien wel de favoriet als het op het Torentje aankomt.

Kelder prikt in het gesprek nadrukkelijk door de hectiek heen en deelt een harde stelling over het stemgedrag aan de randen: “Mensen die boze stemmen doen, hebben zelf een mislukt leven en willen anderen daar de schuld van geven.” Merel remt dat meteen wat af en wijst op de nuance: “Ik denk dat heel veel mensen ook oprechte zorgen hebben.” Het is precies die frictie, Jort die polareert, Merel die nuanceert, die het fragment kleur geeft: fel, maar met tegengewicht.

Mocht Jetten inderdaad premier worden, dan is hij jonger dan Mark Rutte was op 14 oktober 2010, toen Rutte op 43-jarige leeftijd minister-president werd. Jetten is geboren op 25 maart 1987; bij een aanstelling in de komende kabinetsperiode is hij dus nog geen 40’er van middelbare leeftijd maar een duidelijke veertiger-in-wording, en in elk geval jonger dan Rutte bij diens start.

Een voorspelling is nog geen formatie. Zelfs als Jetten de grootste of één van de grootste wordt, begint dan pas het rekenwerk: wie wil met wie, waar liggen de rode lijnen, wat is de prijs van meeregeren? Het scenario-Ek/Kelder veronderstelt dat Jetten coalitiepartners vindt die hem het premierschap gunnen. Dat is minder vanzelfsprekend dan het klinkt: premierschap is niet alleen optelsom, maar ook vertrouwen en chemie aan de onderhandelingstafel.

Toch zegt hun mini-debatje iets over de mood. Er is vermoeidheid over eindeloze crisispolitiek, en de honger naar iemand die met energie en optimisme de boel vlot kan trekken. In dat frame past de “Jetten-als-premier”-gedachte prima. Kelder geeft er het branie-randje aan, Ek het sociaal-realistische tegenwicht. Het levert een prikkelende soundbite op en een richting: als het aan dit duo ligt, schuift de sleutel van het Torentje naar een D66-voorman die, mocht het zover komen, jonger is dan Rutte was bij zijn start. De kiezers en, daarna, de formateurs hebben nu het laatste woord.