Shoarmazaken hebben kapsalon-monopolie

De extra maatregelen en de verscherping van de regels rondom het corona-virus zijn noodzakelijk. Veel mensen konden zich, ondanks de nadrukkelijke waarschuwingen, niet altijd aan de gestelde regels houden. Daarom ziet kabinet Rutte de noodzaak om de boel zodanig dicht te timmeren, dat wij niet meer kunnen valsspelen.

De meest in het oog springende verandering is het sluiten van de kapsalons en andere uiterlijke verzorgingsplekken. Daardoor krijgt de shoarmazaak een bijzondere bijsmaak: dit is nu namelijk de enige plek in Nederland waar je nog wél een kapsalon kan halen. Niet om binnen te treden, maar om naar binnen te werken.

Het is nu vooral de vraag of deze maatregel, net als goedkope haarverf, niet uitgroeit. De shoarmazaken hebben het al drukker dan normaal. Wanneer je de hele dag op de bank ligt, heb je namelijk zelfs geen zin meer om te koken. Door deze maatregel van het kabinet lijkt de vraag naar kapsalons echter nóg groter te worden.

Kijk je naar één van de belangrijkste maatregelen in de strijd tegen het coronavirus - houd 1,5 meter afstand - dan is het natuurlijk een logische beslissing om deze zaken dicht te gooien. Waar de vaderlandse pers hun microfoon aan een 'hengel' monteert om zo de gewenste afstand te kunnen behouden, kan een kapper moeilijk zijn schaar aan een selfiestick vastbinden.

Dat neemt niet weg dat we over pakweg twee maanden een enorme hoeveelheid haar op ons hoofd hebben. Dat is in deze tijden, waarin we voornamelijk met onze handen in het haar zitten, wellicht een voordeel. Mocht je nu écht hoge nood hebben, en neemt je kapsel Australische vormen aan ('t syd-ney), dan kun je dus nog altijd naar de shoarmaboer om te vragen of je zijn kebab-tondeuse of kip-schaar kan lenen.